OSK-AR

OSK-AR

Met zo’n naam was passiefbouw de enige juiste optie

 

In Brussel is het niet anders dan in de rest van het land. Scholen kampen met een capaciteitsprobleem. Ook De Groene School in Neerpede had dat probleem. Niet alleen was het schoolgebouw bijna volledig vervallen, de capaciteit moest meer dan verdubbelen: van 150 naar 400 leerlingen. Het architectenbureau OSK-AR uit Dilbeek ontwierp een passiefschool die de diepte opzoekt.

 

Rijp voor de sloop

Het is niet de eerste keer dat OSK-AR architecten de vraag krijgt om een school te bouwen. Ondertussen staan er al heel wat op hun conto. Telkens gebruikten ze daarvoor een andere aanpak. Volgens architecten Nicolas Raemaekers en Peter Wyndaele komt dat omdat de werking van een school nu eenmaal niet universeel is. Hoe mensen ermee omgaan, is de enige leidraad voor een goed én juist ontwerp. Bij De Groene School had je dus dat capaciteitsprobleem. Maar de stad Brussel schreef ook passiefbouw voor – kwam dat even goed uit met zo’n naam. En klein detail: de bouwvallige voorgevel moest van de stedenbouwkundige dienst bewaard blijven. Het architectenbureau was duidelijk: het gebouw was rijp voor de sloop. Dat het die typische voorgevel niet mocht afbreken, vonden ze zo erg nog niet. Aan de overkant van het plein ligt namelijk de Sint-Gerarduskerk van Neerpede. De schoolgevel past bij de kerk en vormt een figuurlijk brugje naar de strakke lijn in de rest van het schoolgebouw. De grootste uitdaging bleek uiteindelijk de luchtdichtheid van de gevel te zijn. Metselwerk heeft sowieso al niet de eigenschap luchtdicht te zijn, en al zeker niet metselwerk van een aantal decennia oud. OSK-AR maakte daarop de voorgevel luchtdicht met een damp-en luchtdicht scherm, isoleerde de voorgevel langs de binnenkant en liet nieuw schrijnwerk plaatsen.

 

Daglicht onder de grond

Achter de voorgevel bouwde OSK-AR architecten een ruim volume van vijf bouwlagen. Drie boven en twee onder de grond. Ze wilden namelijk niet boven de bestaande gevelhoogte van drie verdiepingen komen. Maar onder de grond is plaats genoeg en als je slim bouwt, krijg je daar ook genoeg daglicht binnen.Zo liggen er in de grond bijvoorbeeld een grote sportzaal en enkele klaslokalen. Het daglicht trekken ze binnen via de aparte speelstraat van de kleuters: de grote ramen van de sportzaal geven hierop uit.

 

Buitenruimte ligt overal op één bouwlaag afstand

Ook de lagere school kreeg een aparte speelplaats op het dak. En de groene omgeving rond de school werd opnieuw ingericht met plaats voor een grasveld en park. Opvallend is dat elke klas maar maximum één verdieping verwijderd is van een buitenruimte. Een puzzelwerkje waar het bureau best trots op is. In een kleuter- en lagere school blijft buitenspelen toch nog altijd even belangrijk als de lessen. Dan is het goed dat ze er snel toegang toe hebben. Datzelfde gevoel leefde ook bij de kinderen, leerkrachten en ouders. Door van in het begin intensief te polsen naar hun noden wisten de architecten van OSK-AR precies welke beleving ze moesten brengen. Ze maakten gebruik van de aanwezige helling om de klassen zo in te planten dat leerlingen maar één niveau moesten overbruggen.

 

Innovatieve buitengevel

Binnen viel de keuze voor de afwerking op zichtbaar metselwerk in combinatie met klassiek pleisterwerk. Maar zoals eerder gezegd: metselwerk is niet luchtdicht. Daarom bracht het architectenbureau eerst een folie aan en gebruikten ze speciale ankers om de stabiliteit te behouden. Toch is het vooral buiten dat het architectenbureau hun slim ontwerp ook esthetisch wist te vertalen. Zo is de gevel van het nieuwe stuk afgewerkt met het toen nog relatief nieuwe Equitone® van Eternit. Dat is een dunne vezel-cementplaat die voor extra reliëf zorgt in de gevel als de zon schijnt. De Groene School was in 2016 bij de allereersten om het materiaal concreet toe te passen. Maar dat is niet de enige reden waarom OSK-AR voor dit materiaal koos. Door de dikke isolatielaag zocht het architectenbureau vooral materiaal om de buitenwand zo dun mogelijk te houden.

 

Kunst in cortenstaal

Nog opvallend aan de buitengevel: de trappenhallen. Die zit aan beide kanten verscholen achter een tien meter hoog kunstwerk in cortenstaal. Het architectenbureau ging daarvoor aankloppen bij de West-Vlaming Nick Ervinck. De beeldende kunstenaar staat erom bekend om met zijn warmgele sculpturen in te grijpen in bestaande architectuur. Voor De Groene School liet hij een computer allerlei kronkels genereren – blobs, zoals hij ze zelf noemt – die subtiel verwijzen naar het schoolleven. Een plek waar je elk jaar een beetje groeit, alleen weet je nooit helemaal in welke richting. De uitvoering in cortenstaal kleeft als een tweede huid op het gebouw. Ze staat symbool voor de beschermende rol van een school: kinderen en hun cocon. De uitsparingen van de kronkels zijn tot slot afgewerkt in groene crepi.

 

Co-teaching vertaald in ontwerp

Lesgeven in groep is het nieuwe lesgeven. En dat is in De Groene School niet anders. OSK-AR architecten hield hiermee al van in de ontwerpfase rekening. Per leerjaar zijn de klassen met elkaar verbonden. Niet met een klassieke deur, maar met een grote opening in de tussenwand. Zo doet de ene klas dienst als les- en instructieruimte en de andere als lokaal voor groepsmomenten.Toegegeven: volgens de architecten stonden leerkrachten er eerst wat weigerachtig tegenover – iedereen wil gewoon z’n eigen klaslokaal. Maar vandaag zien ze er de meerwaarde wel van in. De interactie is verdubbeld en de lesvoorbereidingen gehalveerd.Volgens architectenbureau OSK-AR is de grootste uitdaging vandaag nog altijd om passiefbouw toe te passen met gezond verstand. Het moet eenvoudig zijn qua gebruik. Vroeger had je bijvoorbeeld één schakelaar per ruimte om het licht aan te doen. Vandaag kan je als je wil er in elke ruimte tien hangen. Elk met een andere functie. Maar dat is volgens Nicolas en Peter allesbehalve gebruiksvriendelijk, en kan én mag dus niet de bedoeling zijn.

Tekst: Jurgen Verbiest
Foto’s: Marcel Van Coile, Michiel De Cleene, Timothy Schiettecatte

 

 

OSK-AR architecten
Oudesmidsestraat 27 – 1700 Dilbeek
t. 02 567 13 33
www.osk-ar.be