MAX8 architecten

MAX8 architecten

In een industriegebied aan het Albertkanaal te Ham rijst een bijzonder gebouw op tussen enkele bomen. Waar eens enkel bebossing was, staat nu een robuuste staal- en glasconstructie. Architecten Tom Verheyen en Inez Hermans van MAX8 architecten kregen de opdracht om een industriehal met kantoren en een conciërgewoning te ontwerpen op een klein hoekperceel. Wat daar uit voortkwam was een ingenieus en niet-alledaags industrieel ontwerp. Wat opvalt is dat zowel het perceel als het gebouw trapeziumvormig is. Dit betekende dat niet zomaar een standaard pand kon worden gebouwd. Natuurlijk prikkelt zo’n ongewone vorm de creativiteit van architecten. Hierdoor ontstond het idee om deels ondergronds te werken, omdat het bouwprogramma te groot was om enkel bovengronds gebouwd te worden. ‘We trachten altijd iets anders te creëren dan de standaard moderne gebouwen. We proberen humor en originaliteit in onze ontwerpen te steken en kijken ook altijd naar ruimtelijkheid, openheid en naar relaties met de omgeving’, vertelt Tom. Dit perceel was door de bouwheer aangekocht omwille van de idyllische ligging aan het Albertkanaal. De architecten kregen carte blanche, maar een specifieke wens van de bouwheer was dat de woning en het kantoor een panoramisch zicht moesten hebben op het kanaal. Daarom was het voor de hand liggend om beide op de eerste verdieping te plaatsen in plaats van op het gelijkvloers.

Onder de grond
Bij het betreden van het perceel valt onmiddellijk de helling op naar het ondergrondse lasatelier van de eigenaar. Hier bevinden zich ook enkele werkruimtes die natuurlijk daglicht krijgen via de ramen die grenzen aan de hellende inrit. Gelijkvloers bevindt zich een ruime inpandige parkeerplaats voor de eigenaar en de werknemers. Ook situeert er zich in het woongedeelte een logeerkamer met eigen badkamer en terras en een fietsenberging en in het zakelijke gedeelte de traphal en het sanitair blok van het kantoor. ‘Interessant om te weten is dat overal waar je betonnen tegels ziet dat eigenlijk het dak is van de kelder. Omdat de kelder best groot moest zijn voor het lasatelier, hebben we getracht om het dak ervan zo goed mogelijk te benutten’, legt Tom uit. Rondom het gebouw trekt een prachtig tuinconcept met veel groen en water de aandacht, dat ontworpen is door een landschapsarchitect in samenwerking met de tuinaannemer. Zij hebben een elegant tuinontwerp gemaakt met een koi-vijver die mooi aansluit tegen het gebouw. Dat geeft helemaal die luxueuze sfeer. Voor sommige mensen is de context van het gebouw te industrieel, maar het bouwteam heeft rondom het gebouw voor een kleine groene oase gezorgd. Om de bewoner zijn privacy te garanderen is de inkomdeur naar zijn privé gedeelte verborgen in de houten latwerk gevel. De aparte inkomhal van het kantoor op de hoek van het gebouw is volledig beglaasd uitgevoerd, zodat bezoekers van het bedrijf onmiddellijk zien waar ze moeten zijn.

Een oase van openheid
Op de uitkragende bovenverdieping situeert zich zowel de leefruimte als het kantoor. De bouwheer woont dus in zijn eigen bedrijfsgebouw. Zelf noemt hij het woongedeelte De Loft, omdat het ook de allures heeft van een loft door de industriële omgeving, het kanaal en de open ruimte. In de leefruimte zijn de keuken en eettafel als één geheel vorm gegeven. Zo kan de eigenaar tijdens het koken interactief zijn met zijn gasten. In de grote open leefruimte situeert zich ook de leefhoek met een open haard die de verbinding vormt met de slaapkamer. Ook in de slaapkamer is er gekozen voor een volledig open concept door de grote doorlopende kamerhoge ramen. Aansluitend is er een dressing en badkamer. Alle ruimtes vloeien in elkaar over door er bewust geen binnendeuren tussen te voorzien. Enkel naar het toilet en de berging is er een deur geplaatst. Aan de leefruimte grenst ook een ruim dakterras met een loungehoek en glazen borstweringen. Bij het betreden van het kantoorgedeelte valt ook hier de openheid van de ruimte op. Door middel van een kamerhoge glazen schuifwand kan het administratieve gedeelte en het directiegedeelte akoestisch gescheiden worden zonder deze visueel te scheiden. De openheid van het kantoor wordt nog extra benadrukt door de kamerhoge raampartijen met zicht op het tableau vivant van het kanaal. Voor het interieur is er samengewerkt met interieurarchitect Arjaan De Feyter. ‘Arjaan heeft ook zijn stempel op de woning en het kantoor gedrukt met zijn kenmerkende interieurstijl. Hij heeft onder meer de vloer- en wandafwerkingen, het meubilair en het verlichtingsconcept in de woning uitgewerkt om zo tot een high-end eindproduct te komen’.

Panoramisch glazen uitkijkpost
Wat onmiddellijk de aandacht trekt, is dat de bovenverdieping maximaal is beglaasd. ‘We hebben ervoor gezorgd dat overal waar er zicht is op het kanaal of groene buitenruimte, dat daar glas komt. Op de verdieping is er eigenlijk bijna 360° rondom glas zodat je overal uitkijkt over het gebied. We wilden het contact met de omgeving zoveel mogelijk behouden. Met de huidige EPP wetgeving wordt het moeilijker om nog zulke beglaasde gebouwen te maken, aangezien dubbel glas niet isolerend genoeg is. Als er tegenwoordig gebouwen ontworpen worden met zoveel glas, dan is het met drievoudig glas’. Om oververhitting te voorkomen hebben de architecten van MAX8 gekozen voor zonwerend glas en ontwierpen ze boven het dakterras bij de woning en het balkon bij het kantoor ook een op maat gemaakte zonneluifel die werkt als zonwering. Daardoor is het binnenklimaat altijd onder controle. ‘Om in de industriële sfeer te blijven, hebben we zelf een stalen zonneluifel ontworpen. Deze bestaat uit stalen vinnen die zijn opgehangen als luifel boven het terras zodat het zonlicht wordt gefilterd. Als de zon op z’n hoogste staat, krijg je veel schaduwwerking. Als de zon onder gaat in het westen , komt er meer zonlicht door voor een gezellig momentje op het terras’.

Hybride samenwerkingen
Hoewel het gebouw overkomt als een staalbouwproject, is het feitelijk een hybride constructie van staal en beton. Deze twee materialen werken samen om het gebouw structuur te geven. Wat het gebouw wel uitstraalt is de beroepsactiviteit van de opdrachtgever en dat is het lassen van metalen. Zichtbare stalen liggers werden gecombineerd met donker gebeitst houten lattenwerk als invulling. Zo bekomt het gebouw een zekere warme en luxueuze uitstraling. Het mocht er niet uitzien als het zoveelste standaard industriegebouw met een conciërgewoning. Het gebouw zelf is zeer performant wat betreft energiezuinigheid. Het wordt verwarmd met warmtepompen en op het dak liggen zonnepanelen. Tevens hebben de woning, het ondergrondse atelier en de kantoorruimte een ventilatiesysteem met warmterecuperatie. Er is veel aandacht geschonken om het energieverbruik en CO2-uitstoot zo laag mogelijk te houden. De bouwmaterialen die er gebruikt werden kunnen ook grotendeels hergebruikt of gerecycleerd worden, zodat er weinig afval overblijft als het gebouw ooit wordt afgebroken. Maar laten we sterk hopen dat het nooit zover hoeft te komen.

 

Tekst: Laura Wouters
Foto’s: Yannick Milpas

 

Tom Verheyen ı MAX8 architecten
Processieweg 43 ı 3980 Tessenderlo
t. 013 66 25 53
tom.verheyen@max8.be ı www.max8.be