CAAN Architecten

CAAN Architecten

Wonen in de geborgenheid van het bos

 

Wanneer de omgeving je in de kaart speelt, kan je unieke woonprojecten realiseren. Een bebost perceel met eeuwenoude bomen is zo’n dankbare setting. De kunst bestaat er dan in om een volume te ontwerpen dat zich nederig op de achtergrond stelt en die omgeving maximaal uitspeelt. Die kunst beheerst CAAN architecten. Een lang vakwerkvolume op micropalen dat de wortels van de bomen respecteert met daarop een klein spiegelend volumedoet de omgeving alle eer aan en laat de bewoners optimaal genieten. De mogelijke stress uit de hectiek van het dagelijkse leven verdwijnt er als sneeuw voor de zon.

 

De bouwheer kent dit unieke perceel maar al te goed, want zijn ouderlijke huis stond er namelijk. Niet centraal zoals het nieuwe volume nu, maar eerder aan de zijkant tegen de perceelsgrens waar nu niet meer gebouwd mag worden. De ruim 100 jaar oude woning werd dus afgebroken. Het is een groot perceel dat de mogelijkheid had om in drie loten opgesplitst te worden, maar daar zag de bouwheer vanaf. De bouwheer had al eens gebouwd maar had toen naar eigen zeggen te weinig geluisterd naar de architect en te veel zijn eigen ding willen doen. Die fout wou hij geen tweede keer maken. Dries Greeve, projectarchitect: “Hij wou wel iets aparts, maar gezien de context geen eyecatcher. Verder kregen we de nodige vrijheid voor ons ontwerp. Het perceel staat vol oude grote bomen, voornamelijk kastanjes en beuken. De wens van zowel de bouwheer als van ons was om die maximaal te behouden. Het gewicht van een betonplaat die de wortels van de bomen kan doen stikken, was logischerwijze ook uit den boze. Een woning op poten vormde dus de insteek bij dit project. En we wilden geen agressief volume in deze context, maar iets prominent dat zich sober en rustig in de omgeving zet.”

 

De inplanting van het nieuwe volume kreeg de nodige aandacht. Er werd gezocht naar een vrije plek in het bos en die vonden ze centraal op het perceel. Behalve een struik zijn alle omringende bomen kunnen blijven staan. De ideale plek dus voor de nieuwe woning op poten. Bij dergelijk concept is het bepalen van het aantal poten belangrijk want dat heeft consequenties. “Je wilt uiteraard zo weinig mogelijk palen, maar dat betekent wel dat de overspanningen groter worden. We zochten dus naar een zo efficiënt mogelijke structuur op zo weinig mogelijk palen en dan kom je automatisch uit bij een vakwerkconstructie. Die is er dus niet gratuit gekomen om speciaal te doen, maar vloeit voort uit de context. Daardoor konden we het 36 meter lange volume op slechts vier poten voorzien.”

 

Met het oog op levenslang wonen, werd dat gelijkvloerse volume ingevuld met bijna alle functies. Dat betekent naast de inkom met berging en toilet een grote leefruimte om veel mensen te kunnen ontvangen met open haard en een grote open keuken voor de bouwheer die van koken houdt, ook een nachtgedeelte met badkamer en met twee identieke slaapkamers, één voor hen zelf en één voor gasten. Daarnaast wilden ze graag een bureau en/of hobbykamer, maar een gelijkvloers heeft zijn restricties. Hoewel de kinderen het huis al uit zijn, kon het volledige programma bijgevolg niet enkel op het gelijkvloers gepuzzeld worden. Er was dus een extra volume nodig. Dat kwam in het midden op de verdieping en is bereikbaar met een centrale trap. “Het is een polyvalente ruimte van 7 op 7 die zowel als bureau kan gebruikt worden maar waar even goed kleinkinderen kunnen spelen en logeren.Om dat volume in de architectuur van een lange horizontale balk te integreren, zochten we naar een gepaste materialisatie die er niet mee in strijd ging. Iets opvallend onopvallend. Zo kwamen we bij Alucobond spiegelplaten uit die de bomen weerspiegelen en waardoor het volume nauwelijks opvalt. Mensen die de woning niet kennen en passeren, zullen het daardoor niet meteen zien. Dat was ons opzet en daar zijn we wel in geslaagd.”

 

De constructie – twee evenwijdige vakwerken – worden dus gedragen door vier poten met daaronder paalfunderingen. Tussen beide vakwerken kwam een betonplaat en daarop werd de woning gerealiseerd in houtskelet. Door die luchtige opvulling konden ze het staal van het vakwerk fijner houden dan wanneer je in beton of met baksteen zou bouwen. Het is ook economisch en ecologisch de beste oplossing. Gezien privacy geen issue is, zou je het volledige volume van het gelijkvloers in glas kunnen voorzien, maar hier en daar heb je muren nodig om iets tegen te kunnen zetten of kunst op te hangen. “Ze houden van boeken en van Afrikaanse kunst die ze meebrengen van hun reizen. Daar moest ruimte voor zijn in de woning. Zo is de inkomhal een lange boekenwand en die vind je over de hele woning terug. Vandaar dat we niet voor een volledig glazen volume hebben gekozen maar voor een afwisseling van muren en kleinere en grotere (schuif)ramen met de voorkant iets meer gesloten dan achteraan waar de gevel wel grotendeels is opengewerkt. Uit die vraag van de klant komt ook het vrij sobere interieur voort. Witte wanden en kasten zorgen er als neutraal canvas niet alleen voor dat de omgeving met de aandacht wegloopt, een beperkt materialenpallet met eik, gietvloer en natuursteen laat bovendien toe dat de elementen die de bewoners toevoegen zoals boeken en kunst het interieur levendig en persoonlijk maken.”

 

De benadering van de woning gebeurt met een lang zwevend betonelement dat de lichte glooiing van het perceel volgt. Deze beweging zorgt ervoor dat het ook rolstoeltoegankelijk is. Een tweede betonelement vinden we achteraan in de centrale trap die je van het terras naar de tuin brengt.

 

Deze woning op palen tussen de bomen komt hier volledig tot zijn recht. “De sterkte van deze woning is zeker de manier van bouwen die enkel en alleen voortvloeit uit de context, niet om speciaal te doen. Het doel was om de omgeving en de bomen te respecteren en daarom minimaal in te grijpen in de bodem. Dit project is niet het grootste dat we deden, maar heeft wel een speciale plek in ons hart. Het heeft een eigen identiteit en spreekt mensen aan. Dat kwam onder meer tot uiting toen we er op teambuilding waren en de collega’s die het nog niet hadden gezien, er allemaal weg van waren. Als ik een project van ons zou moeten uitkiezen waar ik zelf zou willen wonen, dan zou het dit zijn. En ik sta daar niet alleen in. De bouwheer zelf spreekt altijd over het aards paradijs waar zij in wonen. Soberheid kan dus tot sprekende en aantrekkelijke architectuur leiden. Het toont ook aan dat wij als CAAN zijnde geen eigen typerende huisstijl hebben. Het resultaat is altijd het gevolg van de informatie die wij krijgen van de klant en het perceel en de locatie die ons iets aanreiken.”

 

CAAN Architecten

Gustaaf Callierlaan 35

9000 Gent

t. +32 (0)9 233 18 22

architecten@caan.be

www.caan.be